Roel Schutten: Dutch Food Week draait om inspiratie, verbinding en waardering
AgriFood Capital is een van de grondleggers van Dutch Food Week, die dit jaar zijn 5de editie beleeft en op 5 oktober van start gaat. Roel Schutten, directeur AgriFood Capital, vertelt waarom deze week zo belangrijk is.
"Ik ben ervan overtuigd dat vernieuwing tot stand wordt gebracht door bijzondere mensen die met een positief beeld op de samenleving de toekomst van ons voedsel(systeem) samen vorm willen geven."
- AgriFood Capital is een van de founders van Dutch Food Week. Waarom is deze week zo belangrijk?
Het breed gedeelde gevoel bij de start van AgriFood Capital in 2014 was: Nederland is een belangrijk land in agrifood. We gaan naar de Grüne Woche om de wereld te laten zien wie we zijn en waar we aan werken. Maar waarom laten we dat “thuis” niet zien? Aan de mensen die professioneel met onze voeding bezig zijn, maar ook naar de burger en consument.
Om dit te realiseren organiseerden we, voor het eerst in 2015 met een drietal andere regio’s, een podium en een programma waar verbinding ontstaat: Dutch Agri Food Week. Verbinding tussen de agrifoodsector met consumenten en tussen professionals onderling. Sindsdien is dit podium gegroeid tot wat de Dutch Food Week nu is; ruim 10 dagen waarin heel Nederland, van stad tot platteland, in het teken staat van wat er op ons bord ligt en hoe het daar komt.
Met DFW in AgriFood Capital maken we deze mensen en hun plannen zichtbaar. Dit inspireert hen, en anderen, studenten, ondernemers, beleidsmakers, wetenschappers en burgers. De nieuwe verbindingen die hierdoor ontstaan, leiden tot nieuwe ideeën en concepten voor de voedselsystemen van de toekomst.
- Wat doet AFC tijdens deze week?
In de Dutch Food Week richten we ons in AgriFood Capital vooral op de innovatoren. Mensen die bezig zijn met de vraag: wat ligt er morgen op ons bord? Soms letterlijk als producent van ons voedsel. Maar ook op de vernieuwers bij kennisinstellingen, overheden, dienstverleners en andere professionals. Onze regio heeft een stevige innovatieopgave wanneer het om ons voedsel gaat. Ik ben ervan overtuigd dat vernieuwing tot stand wordt gebracht door bijzondere mensen die met een positief beeld op de samenleving de toekomst van ons voedsel(systeem) samen vorm willen geven.
We doen dat door zelf het voortouw te nemen, bijvoorbeeld bij de Food100 of de bijeenkomst van de pioniers in onze eigen proeftuin voor kringlooplandbouw in de Peel. Ook geven we graag anderen het podium zoals bij RebelDay. Of door een partner te zijn voor anderen zoals bij de Food Inspiration Trendsummit , European Young Chef Award en Keukenbazen. Daarnaast zijn de we gids naar het nationale DFW open podium
- Wat hopen jullie te bereiken met jullie deelname aan DFW?
Het gaat niet over wat wij als ontwikkelbedrijf van AgriFood Capital bereiken. Het gaat ons vooral om de innovatoren, de impactmakers, de voedselveranderaars. Ieder op zijn eigen wijze, zijn eigen schaal, vanuit zijn eigen overtuiging. Met het podium van de DFW realiseren we 3 belangrijke randvoorwaarden om samen te werken aan wat er morgen op ons bord ligt:
- Inspiratie: mensen op ideeën brengen, aansporen om door te gaan
- Verbinding: mensen met elkaar in contact brengen; alleen ga je sneller, samen kom je verder
- Waardering: laten zien dat we met elkaar het niet alleen stoer maar ook belangrijk vinden wat de innovatoren doen, een podium dat zorgt voor applaus en daarmee waardering.
- Wat is op het gebied van agri+food zo kenmerkend aan Noordoost-Brabant?
Overal in Nederland wordt voedsel geproduceerd. Wat bijzonder is aan Noordoost-Brabant is de intensiteit waarmee dat gebeurt. Al decennia lang. Heel veel mensen in onze regio zijn bezig met wat er op ons bord ligt.. Iedere dag weer. Dat zijn ruim 7200 bedrijven waar 55.000 mensen werken. In sommige delen van onze regio wel 1 op 3 werknemers En dan tellen we alle indirecte werkgelegenheid in de transport, gezondheidszorg of zakelijke dienstverlening niet eens mee. Ook intensiteit als het gaat om nabijheid. De regio is echt een cluster van bedrijvigheid op het gebied van het maken van ons voedsel. Dat heeft voordelen. Bedrijven werken veel samen waardoor ze elkaar versterken en samen groeien en innoveren, Maar het brengt ook nadelen met zich mee, zoals de concentratie van de veehouderij of het gebrek aan personeel of de bereikbaarheid van de regio.
Het goede is dat door deze bijzondere kenmerken overheden, kennisinstellingen en bedrijfsleven de handen ineen hebben geslagen om samen te werken aan wat er morgen op ons bord ligt.
Die opgave staat bij iedereen op het netvlies. Ook al gaat het nu economisch gezien geweldig goed. We staan in de top 6 van de grootste economische regio’s van Nederland. Maar het besef dat we moeten blijven vernieuwen en ontwikkelen met de agrifood sector als motor, dat is bijzonder aan deze regio.
- Waaruit blijkt het innovatieve karakter van deze regio?
We zijn een maakregio. Onze mentaliteit is die van pioniers van de Peel, van niets iets maken, van familiebedrijven die meer zijn dan alleen maar werkgever. Maar ook van sociaal en maatschappelijk verantwoordelijk zijn voor je medewerkers en het verenigingsleven. En van ondernemers die weten dat samenwerken belangrijk is. Maar we zijn ook een regio van genieten, gastvrij, open en bourgondisch. Al die elementen vormen volgens mij de juiste cocktail voor innovatie: creatief, gedreven, samenwerken, samen successen vieren en gericht op resultaat.
- AFC zet foodinnovators in de spotlights tijdens deze editie van DFW. Waarom?
We zien dat wat er iedere dag op ons bord ligt aan het veranderen is. Zagen we na de oorlog dat het vooral belangrijk was dat we voldoende te eten hadden, dat het voedzaam was, van goede kwaliteit en vooral goedkoop, zien ee nu dat dit in Noordwest-Europa niet mee de issues zijn. Wat er op ons bord ligt moet duurzaam geproduceerd zijn, moet smaakvol zijn, moet voldoen aan onze specifieke behoeftes wanneer het gaat om onze gezondheid of smaak. En het moet voldoen aan onze persoonlijke overtuigingen als het gaat om zaken als dierenwelzijn, verspilling of biodiversiteit. Dit betekent dat onze productieketen die decennia gestimuleerd is op voldoende, goed en goedkoop voedsel nu de slag moet maken naar precies, circulair, waardevol en verbonden voedsel. Dit vraagt om innovatiekracht, om bijzondere mensen. En die mensen geven we een duwtje in de rug tijdens de DFW.
- Van welke Brabantse initiatieven en ondernemers gaan we nog veel horen in de toekomst?
Het mooie van innovatief ondernemen is dat succes niet gegarandeerd is. Want je kleurt buiten de lijntjes en weet niet hoe dit zal aflopen. Waar wij als ontwikkelbedrijf van AgriFood Capital voor staan is dat deze pioniers, deze innovators, support krijgen om impact te maken. We hebben de nodige impactmakers in onze regio. Al decennia lang. Want ook het zorgen voor voldoende, goed en goedkoop voedsel op je bord betekende innoveren en pionieren.
In mijn opinie zijn de grootste impactmakers diegenen die gaan voor open innovatie, samen vernieuwen. Mensen die hun eigen idee of slimmigheid niet voor zichzelf houden, maar juist delen met anderen. Om het beter te maken. Dus de grootste impactmakers zijn samen-werkers, die kennis delen, zich kwetsbaar opstellen en nieuwsgierig zijn naar dat wat buiten hun eigen gezichtsveld gebeurd. Duurzaam, slim en wendbaar zijn daarbij kernbegrippen.
- Wat wil jij meegeven aan ondernemers in de agri en food sector?
Groot en sterk is niet langer voldoende. Wees duurzaam, slim en wendbaar. En vul vooral zelf in wat je onder die drie begrippen verstaat. Kies daarin je eigen koers, maar luister goed naar je omgeving. Zowel naar de markt, de maatschappij maar ook naar de ontwikkelingen in de technologie, in het bijzonder m.b.t. data en ICT.